Een kasteel of toch maar gelukkig zijn?

Vorige zomer had ik een gesprek met een goede vriend dat mij tot vandaag is bijgebleven. Één van die filosofische gesprekken waarbij we ons afvroegen wat we graag uit het leven willen halen. “Wat wil jij in de toekomst?” vroeg ik hem.

Een kasteel, antwoorde hij. “Zo één met ongelooflijk veel kamers, ruimte voor mijn muziek, voor mijn bibliotheek, moest dat nu nog in de natuur liggen dan is het helemaal geweldig.” Mijn mond viel open van verbazing “Een kasteel, meen je dat echt?”. Ik kon er niet bij dat iemand zoiets materieels zou willen. Ik begreep er niets van. Helemaal gek werd het toen mijn antwoord hem dan weer verbaasde. Dat klonk zo: “Er is maar één ding dat ik in de toekomst wil; gelukkig zijn.” Hij begreep mij ook niet. “Hoe kan gelukkig zijn nu je doel zijn? Dat ben je toch gewoon?”. Hij vertelde mij hoe hij geluk vond in de kleine dingen; de zon die die dag scheen, de prachtige natuur… Hij had geluk in overvloed en kon maar moeilijk begrijpen waar mijn antwoord vandaan kwam. Ik probeerde hem uit te leggen hoe dat voor mij anders lag. Dat ik niet weet hoe het is om gewoon gelukkig te zijn. Maar dat gelukkig zijn voor mij elke dag een keuze is die ik moet maken. Sommige dagen lukt dat, andere dagen moet ik het aan mij voorbij laten gaan. Soms worden dagen zonder geluk, weken, dan maanden en voor ik het weet ben ik vergeten hoe je nu ook alweer gelukkig moet zijn. In zekere zin is mijn grootste wens voor de toekomst zijn dagdagelijkse realiteit.

Dat gesprek heeft voor mij veel veranderd. Ik realiseerde mij dat wij elkaar helemaal niet kenden. Ik benaderde hem altijd door mijn ogen en hij bekeek mij door de zijne. Ik heb mij op dat moment kwetsbaar opgesteld en hem de Laure getoond die ik normaal veilig achter slot en grendel bewaar. We hebben die dag veel eerlijke, open en authentieke conversaties gevoerd. En ik ben dankbaar voor het feit dat hij wou luisteren, ook al liggen onze realiteiten mijlenver uit elkaar.

We zijn bijna een jaar verder en af en toe denk ik eens terug aan dat gesprek. De echte Laure ligt ondertussen niet meer achter slot en grendel. Af en toe durft ze zelf de deur op een kier te zetten…